Ik word wakker van het geschommel. Van links naar rechts.
Het bedompte geluid van klotsende golven tegen de romp van Puff houdt me uit
mijn slaap. Het zal weer wennen worden aan deze geluiden. Het lukt me niet om
de slaap te vatten dus ik sta op. Ik kijk uit het raam en in het schijnsel van
de maan zie ik palmbomen naar me wuiven. Het is echt waar. Kuna Yala. We zijn
er.
Gisteren zijn we aangekomen, een dag eerder dan verwacht.
Het was een fijne oversteek. Dit stuk van de Caribische zee is berucht. Staat ergens
hoog in het lijstje van gevaarlijkste wateren in de wereld. De zee wordt in dit
stuk van de wereld in een fuik gedreven waardoor golven in no-time gevaarlijk
steil en hoog worden. De combinatie met de sterke passaatwinden maakt dit stuk
zee een water om serieus te nemen. We wachtten een mooi weergat af en gooiden
los.
Bye bye Colombia! |
Voor even weer thuis op het Ijsselmeer |
Bij vertrek uit Santa Marta, spuwde ze even haar gal over ons uit. In een
half uur tijd van geen wind naar 25 tot 30 knopen (windkracht 6/7) en brekers
op onze kont. Tijd voor nadenken was er niet. Huppakee, 1 rif, 2 reven, genua
verkleinen en daar gingen we. Arie nam als herboren het roer. Puff liet op haar
beurt de zee een poepie ruiken en tilde netjes haar kont op bij iedere golf die
ons onder luid geruis een lesje probeerde te leren. Wij keken elkaar aan.
Blijkbaar waren wij de enigen die onder de indruk waren van het natuurgeweld.
Na enkele uren namen wind en golven af en konden we ontspannen verder. Bij het
passeren van de riviermonding van Rio Magdalena, de grootste rivier van Colombia,
waanden we ons even op het IJsselmeer. Groen-bruin water dat kalm onder ons
door golfde. We ontweken enkele boomstammen en draaiden de boeg vervolgens naar
het zuidwesten. Een koers die we twee etmalen vol hielden.
De poortwachters van Kuna Yala |
Daar aan de horizon lag Kuna Yala. Kleine kluwen palmbomen
die verspreid over de horizon over zee uitkijken. Als wachters aan de poort van
de toegang naar een verborgen schat. Ze vormen honderden eilandjes, bewoond en
onbewoond, beschermd door koraalriffen. We kozen een eiland met een relatief
makkelijke aanloop, Aridup (bedankt Marc!). Op onze weg naar de ankerplek
werden we voorbij gevaren door een uit een boomstam geholde kano met zeil. Een
indiaan zwaaide ons wijdarms toe. Hij draaide de kano in de wind en peddelde
ons tegemoet. Arkin woont met zijn gezin een paar eilandjes verderop en heeft
hier vandaag gevist. Met ons gebrekkige Spaans knopen we een praatje aan en hij
biedt ons een mooie langoustine aan. Voor een paar dollar ruilen we onze waar. Dit
is het Kuna Yala waarover we gelezen hebben.
Gisteravond, op het voordek. Voor ons ligt ons ´eigen´
eiland. Terwijl de pelikanen met elegante duiken een maal proberen te vangen,
steken wij de BBQ aan. De geur van de met knoflook gemarineerde langoustine
vult onze neus. Een goed glas (nou ja, beker) koude witte wijn verdooft
langzaam onze vermoeide lichamen. Dit komt in de beste reisgidsen niet voor.
Alle superlatieven schieten tekort. We voelen ons klein en nietig, we zijn
zwaar onder de indruk van de pracht van deze wereld. Deze roes zal hopelijk nog
weken duren.
Eerste kennismaking met Arkin |
P.S. We zijn al even in Kuna Yala land. Doordat de techniek ons in de steek liet, konden we niet eerder een blog plaatsen. Maar nu zijn we op dreef en volgen er snel meerdere blogs :-)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten