dinsdag 13 januari 2015

Atlantic Crossing Dag 14 - Oerkrachten

Atlantic Crossing Dag 14 - Oerkrachten

Ik heb de weg naar mijn ´happy place´ weer gevonden. De plek waar de klok niet tikt, waar de boot niet rolt, waar ik niet slaap maar ook niet wakker ben. De plek waar ik heerlijk kan dromen. Ik droom steeds vaker en intenser over eilanden met witte stranden en palmbomen. Over ankerbaaien met zulk helder water dat we de rimpelingen van het zand onder de boot kunnen zien. Het is toegestaan om hier steeds meer over te dromen. We komen immers steeds dichterbij. We zijn de grens gepasseerd van 500 mijl tot bestemming. Al meer dan 75% van de oversteek ligt achter ons. Het aftellen kan nu wel beginnen. Nog 4 dagen! 4,3,2,1?

Vandaag is ook de dag dat we twee weken op het water zitten. De tweede week was heel anders dan de eerste week. De eerste week waren we vooral bezig met overleven. De afgelopen week daarentegen was er veel ruimte voor leven en genieten. Wat maakt nou het grote verschil? De fysieke gesteldheid is een bepalende factor aan boord. De eerste vijf dagen, waren we nog erg katterig en konden we het fysiek net aan. Zodra het fysiek beter ging, kwam er energie vrij om ook de mentale uitdagingen aan te gaan. Ik moet wel eens denken aan de martelmethode die gebruikt werd in concentratiekampen in de Tweede Wereldoorlog. Gevangenen werden letterlijk gek gemaakt met het druppen van een kraan. Er is een punt waarop de mens breekt. Hoe sterker je fysiek bent, hoe hoger de pijngrens. Aan boord ervaar ik het ook zo. De constante bewegingen van het schip, vaak heel wild, en het constante gebonk tegen de romp, knagen aan je geest. De vraag is, kun je dit buitensluiten? De tweede week ging dat veel beter. We belandden in een cadans. Met elkaar, met het schip en met de oceaan.We hadden nu zelfs energie over voor andere bezigheden. Kletsen, lezen, reflecteren, zijn. Vrij zijn.

Ik keek van tevoren erg op tegen de oversteek. Met name door de onzekerheid in het weer. En de angst om in slecht weer te belanden. Uiteindelijk wellicht ook de angst om het niet te redden. Allemaal vrij irreëel, maar daarom is het angst. Leon zei voor vertrek al: "Jij kijkt zo tegen die oversteek op dat het alleen maar kan meevallen". En daar lijkt het wel op uit te draaien. Maar we zijn er nog niet, dus nog even fingers crossed? Tijdens de oversteek heb ik mijn angst weten te overwinnen. Alleen het moment waarop het onzeker was of we de trog konden ontwijken, greep de angst me bij de keel. Maar ik probeerde die angst niet te laten overheersen. Als je op een verlaten oceaan zit, komt er toch een soort oerkracht naar boven. De overlevingsdrang van de mens denk ik. Je weet dat je moet dealen met alles wat er op je af komt. Alleen jij kunt jezelf redden. En je geest gaat dus ook over in die modus. Je krijgt het idee dat je alles aan kan. Eerder noemde ik dit misschien fatalistische gedachten, maar nu zie ik dat het juist tegenovergestelde is. Het is een overlevingsmechanisme.

De afgelopen dagen waren ronduit prachtig. We hebben over het algemeen meer wind gehad dan je zou verwachten voor een oversteek. Maar tot nu toe zijn we nog steeds heel blij dat we vertrokken zijn. Het was een goed weergat. 'Geen wind is erger dan veel wind', zeggen we altijd. En nu hebben we de daad bij het woord gevoegd. Nooit gedacht dat veel wind zo mooi kan zijn. Neem nou de kunst van het golfsurfen. Af en toe horen we het ruisen en kolken achter ons van een golf die breekt. Als we dat geluid horen, staan we even op scherp. We wachten op de bonk van het water tegen de romp, dan de duw, en vervolgens de surf. Met een rotgang surfen we van de golf af. De kont van Puff zwiert van links naar rechts totdat we in het dal belanden. Daar pakt ze de koers weer op. Soms breekt de golf net onder ons. Dan wanen we ons in een groot bruisbad. De golf neemt ons mee in haar surf en je voelt de acceleratie in je buik. Maar de golven zijn vriendelijk, uitdagend en verleidelijk. De Oceaan viert een feestje en wij zijn uitgenodigd. Puff dances the night away. Wij bewaken het feestgedruis.

Het weer wordt vanaf vanavond rustiger. Het voelt alsof we de `categorie vier collen` achter de rug hebben. We hebben nu nog een tijdrit in het verschiet. Zullen we het redden om zaterdag met daglicht aan te komen?

Pos: 14º25N 52º29W (13u UTC), koers 275º, dagafstand 121 mijl, totaal afgelegd 1639 mijl, afstand tot bestemming 492 mijl.

1 opmerking:

  1. Wat een ontzettend leuk stuk om te lezen!

    Voor wat betreft de katterigheid aan het begin: misschien kun je die bij een volgende oversteek enigszins bestrijden met behulp van vitamine C (of vitamine zee, zoals de KNRM het noemt) in combinatie met overwogen keuzes in het menu. Het schijnt te helpen. :)

    Voor het thuisfront c.q. na aankomst in de Carieb:
    [ http://iospress.metapress.com/content/708517327167078t/ >> http://iospress.metapress.com/content/708517327167078t/fulltext.pdf ]
    [ http://www.knrm.nl/downloads/knrm-preventie/artikelen/ >> http://www.knrm.nl/_sitefiles/file/zeevast/artikelenservice/Vitamine%20Zee.pdf ]

    Op de site van de KNRM staat overigens ook een artikel met de prikkelende aankondiging "Nu weet ik het weer!; onverwachte stormen bestaan niet". Hoe kijken jullie daartegenaan? Met een half oog op de barometer?

    Goede vaart!

    Jaap

    BeantwoordenVerwijderen