zondag 20 december 2015

Het verste punt. Hoe ver is ver?

Ver. Wat is dat, ver? In mijn jeugd vond ik naar mijn school fietsen erg ver. Op mijn 16e kocht ik, met hulp van mijn ouders, een scooter. Daarmee was school ineens veel dichterbij. Op mijn 17e verhuisde ik naar Nijmegen. Dat was prettig ver. Net ver genoeg van huis om onafhankelijk te zijn, maar dichtbij genoeg om op een vrije dag naar Geleen te reizen voor een paardrijles. Den Haag was weer een beetje verder. In Geleen noemen ze dat 'het noorden'. In Den Haag leerde ik dat het gewoon het westen is van Nederland. Alles boven de rivieren voelt desalniettemin nog steeds als 'noord'. En zo ging ik stapje voor stapje verder van huis. Reizen naar Australië, verschillende bestemmingen in Afrika en Azië. Dat was allemaal best ver. Maar nooit was het verder dan 24 uur van huis. Met het vliegtuig is het verste ver immers vrij dichtbij.

Inklaren in Porvenir, het verste punt
Vandaag bereik ik daarom voor mijn gevoel het verste punt. In deze reis maar misschien ook wel in mijn leven tot nu toe. Het punt van deze reis dat het meest west ligt. Coordinaten 9º 33.414' N 78º 56.924' W. Maar ook het punt waarop we de meeste mijlen van huis zijn. Hemelsbreed 4900 mijl en 7605 mijl gevaren. Bovendien is dit het punt waar de langste reis aan vooraf ging, 552 dagen onderweg. En dan hebben we het nog niet eens over de jaren van voorbereiding die daar weer aan vooraf gingen. Al met al lijkt me dat rete-ver! En wat is nou het geval? Het voelt helemaal niet rete-ver. Ik heb er de afgelopen weken flink over lopen filosoferen. San Blas, dat was in mijn ogen het paradijs aan 'de andere kant', achter de oceaan, voorbij de Carieb, over de woele baren bij Colombia en door de onstabiele weergebieden bij Panama. Ver weg. Verder dan mijn dromen reikten. Dromen waarmaken doe je namelijk stapje voor stapje. Als je te ver vooruit kijkt, zie je de te bewandelen weg niet. Zo ver lag San Blas. Niet alleen ver in afstand. Vooral ver in zeilervaring, in het aantal zeeën te bedwingen, hordes te nemen, nachtwachten te lopen en angsten te overwinnen. En nu lig ik in de clinch met deze denkbeelden. Al die zeeën, hordes en angsten lijken ineens zo groot niet meer. Als wij hierheen kunnen zeilen met Puff, dan is dit voor iedereen haalbaar. Iedereen met een sterke wil en doorzettingsvermogen, dat geef ik toe. Eenmaal onderweg komt rete-ver steeds dichterbij totdat het nabij is. Snap je?!

Maar zonder geluk vaart niemand wel..

En daar zijn wij nu. In Porvenir, San Blas, Panama. Vanaf hier zal iedere gevaren mijl er eentje dichter bij huis zijn. Als in thuis. Nederland. Maar daarover in een later blog meer.

Het leven dat we de afgelopen weken in San Blas leefden staat ook het verst af van onze levens in Nederland. Verder dan we ooit eerder ervaren hebben. Al ruim een maand leven we zonder supermarkt of winkel. En daar komt zeker nóg een maand bij. Dus bestaat de vraag van de dag niet alleen uit 'waar gaan we vandaag snorkelen?', of 'wil je ook een biertje?' (bier hebben we immers voldoende ingeslagen J), maar dé hamvraag is 'wat eten we vandaag?' In ieder geval geen ham, en ook geen vlees. Ja, we hebben nog wel vlees in blik, maar dat bewaren we voor als het echt nodig is. Het is vooral vis wat de pot schaft. Vis in alle soorten en maten. Tonijn, snapper, dorade maar ook langoustines en krab... Vis schoonmaken, ontvellen en fileren? Hier is ze hoor, uw visboerin, ik weet er inmiddels het fijne (lees smerige en stinkende) van.

Groenten en fruit uit Colombia zijn inmiddels op en we zijn naarstig op zoek naar nieuwe voorraad. We winnen advies in bij een charterboot op de ankerplaats. Zij moeten ook inkopen doen voor de gasten, toch? Ja, dat moeten ze zeker, maar niet hier. Ow. Gelukkig krijgen we te horen dat er Kuna's zijn die tweemaal per week met een groenten en fruit bootje rondvaren. Ze zouden ook eieren, frisdrank en bier verkopen. Mooi! Dus wij op weg naar een van de drukste ankerplaatsen in de Lemon Cays, daar maakten we de meeste kans.

Aangekomen bij Chichime eiland, zien we minimaal 15 boten liggen. Dat is wel een tikkie té druk naar onze verwende smaak. Maar goed, alles voor de voorraad! Op het eiland heeft een Kuna recentelijk cabañas voor toeristen geplaatst en hij heeft een bootje dat dagelijks op en neer vaart naar het vaste land van Panama. We kunnen hem een boodschappenlijst geven en morgen zullen we alles krijgen. We kijken elkaar aan. Dit is te mooi om waar te zijn. We maken een lijst. 3 kg tomaten, 2 kg uien, 5 paprika's, 3 aubergines, 2 christophines, 5 bakbananen, 1 witte kool, 1 pompoen, 2 kroppen sla, komkommer, 1 kg wortelen, 2 ananassen, 15 limoenen, 20 sinaasappelen, 15 bananen, 5 kg aardappelen, 20 eieren, 2 treetjes bier (ja...de voorraad slinkt wel erg snel) en enkele gallons drinkwater. We hoeven niet eens vooruit te betalen. Vol verwachting klopt ons hart...

De eerste en waarschijnlijk enige
 kerstboom die we hebben gezien
Daags erna wachten we en wachten we. "Ja hoor, het komt vandaag", vertelt Arron ons. Toepasselijke naam, de Nederlandse vertaling is immers 'boodschap'. We wachten meer en meer. En dan, als we de hoop bijna opgeven, de zon achter de wolken wegzakt en de schemering inzet, komt zijn bootje aanvaren. Een aantal producten ontbreekt, maar het merendeel is er! Zo blij als kleine kinderen op de schoot van Sinterklaas brengen we onze nieuwe voorraad aan boord. En dat alles voor een zeer redelijke prijs en een kleine fooi. Zo, daar komen we weer goed mee weg. Helaas geen aardappelen de komende maand... En als je mij kent, snap je het probleem, ik ben een aardappelkoningin. Maar voorlopig dus even niet.


Nu is er nog één primaire levensbehoefte waar we niet buiten kunnen. Onze watertanks worden leger en leger. De drinkwatervoorraad is aangevuld voor de komende 10 dagen, maar we hebben dringend behoefte aan gevulde tanks om te koken, koffie te zetten, te wassen etcetera. San Blas staat bekend om haar bewolkte luchten, vochtige klimaat en onweersbuien. We verwachtten dus veel regenwater op te kunnen vangen. Verwachtten. Verleden tijd. We hebben in de afgelopen maand slechts drie regenachtige dagen gehad. De rest van de maand hadden we prachtig weer, strak blauwe luchten en nauwelijks een zuchtje wind. Dat is super. Maar niet voor onze watervoorraad.

In Porvenir mogen we met de lokale kraan onze jerrycans vullen. Het water komt uit de bergen op het vaste land en wordt via een pijpleiding naar het eiland gebracht. Daar wordt het opgeslagen in een hoge tank en daaruit vullen we nu onze jerrycans. De kraan zit op een vreemde hoogte, ruim anderhalve meter boven de grond. Ik houd de jerrycan in de lucht, dichtbij de kraan, zodat we geen water verspillen. Al vrij snel wordt het zwaar. Als ik de jerrycan laat zakken, zie ik een klein wormpje in het water krioelen. Ik druk mijn neus tegen de jerrycan en bekijk het groene water. Dit lijkt me niet echt geschikt voor onze tanks. Een regendansje doen dan? Onze gebeden lijken verhoord en komend weekend gaat het plenzen. Regen, wind, onweer. Oerhollands weer. Wij blij! Als ik dit schrijf, hebben we al 40 liter opgevangen. Nog ruim 200 te gaan...

Ons regenwateropvangzeiltje (Scrabble ;-) ) en water op komst
We leren voor het eerst de 'zorg' om primaire levensbehoeften kennen. Dat is uiteraard relatief, want ons ruim ligt vol met blikvoer. Maar toch. Gisteren bij het avondeten reflecteerden Leon en ik erop. We voelen ons dichterbij de jager en verzamelaar die de mens ooit was dan we wellicht ooit zullen doen. Voedsel groeit immers niet op een schap in de supermarkt. Het groeit ook niet in zakjes en pakjes. Ergens op aarde staat een boer te zwoegen, heeft een visser een lijn in zijn handen (ik idealiseer graag) en loopt een kip te scharrelen (als hij geluk heeft). Ergens. Voor de meesten ver weg. Voor ons is dat besef dichterbij dan ooit. Met het kookboek 'de kok is kapitein' draai ik iedere dag met lokale producten een heerlijk recept in mekaar. Zin in iets lekkers? Dan zal ik het zelf moeten bakken. Een frisje? Ik pers wat limoenen en maak er limonade van. Of zet thee en maak er ice tea van. Leven op een boot met beperkte ruimte en voorraden is geen lui leven. Alles kost moeite. Maar is het leven zo niet als het hoort te zijn? Het houdt ons fit en we voelen ons super gezond.

Afval verbranden
Laten we hopen dat we deze levensstijl dichterbij kunnen brengen als we straks thuis zijn in het verre Nederland.

1 opmerking:

  1. Mooi verhaal! Dat wordt een streekkratje thuis... Geniet van de laatste dagen van 2015. Zag dat je aan het linken was op Linkedin.. Richting huis.. 💙

    BeantwoordenVerwijderen